Er verschijnen boeken en nota’s vol over de doelen van het energie- en klimaatbeleid. We dreigen in Nederland soms te vervallen in een ouderwetse tekentafel-aanpak met doelen én regelgeving ‘van bovenaf’. Verduurzaming en vergroening heeft echt een plek in de toekomstplannen van Nederland. Bij het lezen van de verkiezingsprogramma’s barst het van de goede voornemens en beloftes. Dat is hoopvol. Maar woorden moeten vooral daden worden. Het is tijd de mouwen op te stropen en werk te maken van de kansen die er liggen!
Een nieuw kabinet kan meer dan ooit het verschil maken als het gaat om het verduurzamen van onze samenleving. En dan gaat het niet zo zeer om subsidieregelingen en wetten, maar vooral om het scheppen van kansen. In de afgelopen jaren is meer dan ooit duidelijk geworden dat kennisinstellingen, bedrijfsleven en overheid met elkaar grenzen kunnen verleggen. Het Energieakkoord gaf hier voor een platform. Volgens critici was het akkoord misschien een druppel op een gloeiende plaat. Voor mij was het akkoord vooral de bevestiging dat we elkaar nodig hebben om echt de transitie te bewerkstellingen. In een aantrekkende economie, met meer kennis en bewustzijn rond het belang duurzaamheid bij de klant én de afspraken die in Europa en daarbuiten zijn gemaakt over klimaatdoelstellingen, maken een versnelling nu nodig. Natuurlijk kan gedacht worden aan een Energieakkoord 2.0. Maar is dit het vliegwiel dat een versnelling kan realiseren? Ik denk dat er meer nodig is.
Meer lezen? Link naar expertpost van Duurzaam Gebouwd